dinsdag 1 april 2008

College

Dus, beste leerling, nog één maal: ‘ onzin verwerp je niet, onzin omarm je!’

-‘Maar waarom moet het bij jouw altijd nergens over gaan?’ Wereldvreemd keek hij hem aan. Een koe, in een vijvertje.
En dat terwijl hij, als leraar, toch echt alles uit de kast had gehaald om een en ander te verduidelijken. Zo had hij de relatieviteitstheorie op de zingeving losgelaten; hij had laten zien dat zin slechts kon bestaan bij gratie van de onzin, hij had omkeerbare vergelijkingsmodules geschetst, en hij had met voorbeelden aangetoond dat onzinnige besluiten tot grote resultaten kunnen leiden, dat grote helden onzin hadden gepreekt. Uitgebreid had hij gedoceeerd over de invoed van de tijd op zin en onzin. Ja, al die dingen had hij tot in den treuren besproken met zijn student, die nu, na ruim driekwart jaar studie, zich bij hem durfde te vervoegen met de vraag: ‘Waarom moet het bij jou altijd nergens over gaan?’

Als laatste poging zijn student de ware kennis bij te brengen had hij gezegd: Kun jij mij een voorbeeld geven van een zinnige vraag?

‘Meester, mag ik naar huis?’

‘Mag’ impliceert of ik je toestemming moet geven. Moet ik dat? Is dat nodig? Zijn wij niet groot en mans genoeg?
‘Ik’ betsaat pas bij de gratie van ‘Ik ben’, en wij zijn het er nog helemaal niet over eens of jij wel bent? Toch? Laat staat wie je bent en wat je bent?!
En ‘naar huis’is natuurlijk sowieso relatief.
Ander voorbeeld.

Nawoord:
Onzinnige lessen hebben de neiging uit te lopen. Net als onzinnige vergaderingen

Geen opmerkingen: