De ochtend is op tijd
Licht bestrijkt de daken
Er kwispelt een poedel; aan een lijn zit zijn baas. Met een lome tred
heeft hij zich van zolder naar beneden gezet om zich
uit te laten waaien met plastic zakjes in een spijkerbroek
De supermarkt is donker , nog de ogen toe en doof voor dauw
De lantaarns langs de weg staan keurig in de houding in stoïcijnse verwachting.
Daar bromt een fiets, de poedel draait en trekt
Schaduwen onthullen de wijk waarin hij woont en hij denkt aan de haan die in een ander land de dag inluidt
Weemoed komt net als de waterige zon
De ochtend is niet op tijd,
maar voor hem merkt hij
veel te laat
Geen opmerkingen:
Een reactie posten