vrijdag 13 maart 2009

het moeras


Ik woon praktisch aan de rand van de bossen en de weilanden. Het patteland. Ik houd hier van.
Ik houd van het lopen daar. En wanneer er genoeg open plekken zijn, kan ik in een bos genieten.
Een stuk bos staat bekent als ‘homobos’’, een ontmoetingsplaats voor mannen.
Tussen de struiken zou je ‘overal condooms’zien. Ik ga er vaker wandelen. Ik ben er nimmer door iemand benaderd. Sterker nog:: ik zie er, afgezien van een enkeling op de parkeerplaats,niemand!

Ik wandel er graag. Ik volg er dezelfde paden, langs sombere bomen en donkere wateren. Het gezoem van de A58 verderop laat ik dan gaandeweg achter. Ik laat me meevoeren in een feestje van vogelgekrakeel. Ik weet niet welke vogels ik hoor, maar het zijn er deze keer opvallend veel. Elk moment kan daar de boze stiefmoeder met haar mandje met appelen aan komen zetten.

Ik zit op een zonbeschenen plekje bij een plas. Ik noem het: het moeras. In het zwarte water staan dode bomen te weerspiegelen en te rimpelen. Ik zie gakkende ganzen die me nieuwsgierig in het oog houden. Een specht vuurt zijn mitrailleur leeg in het bos.

Er is een kalmte die over me komt.

De bomen, het water, de ganzen, de vogelgeluiden, de zon, en ik..

Even wil ik hier nooit meer weg.

Geen opmerkingen: