Dat vreedzaam protesteren geen zin heeft kan niemand meer ontkennen. Het maakt niet uit met hoe velen je bent, hoe hard of dat je schreeuwt, hoeveel handtekeningen je verzamelt. Want je behoort tot het volk. Dat volk dat scandeert 'Power to the people!', een leuze die uit een andere tijd komt. Maar het volk wordt niet gehoord. Het wordt niet vertegenwoordigd . De mannen die aan de touwtjes trekken hebben andere belangen. Die staan in hun toren van Babel besluiteloos te kijken naar de stoet die voorbij gaat, of misschien staan ze er met hun rug naar toe.
'Het gepeupel, dat kennen we. Ach ja..'
Oh, er wordt wel even notie van gemaakt, dat wel.
Maar
protesteren is het enige wat we kunnen doen. We willen niet naar geweld grijpen om ons gelijk te halen.
Maar als we niet gehoord en gezien worden, wat moeten we dan doen? Straks..?
We zijn afhankelijk van 'onze' leiders; figuren met macht en geld, en een ego dat er op uit is gestreeld te worden. Mensen die zich willen laten gelden, en het volk zien als fishes in het spel Risk.
Ze zetten alles in om te winnen.
Gisteren heb ik geprotesteerd. Ik was er 1 van de ongeveer 100.000 die vanaf het verzamelpunt op het Malieveld van Den Haag met een rood shirt door de stad toog. Het allerminste wat we kunnen doen.
Indrukwekkend was de minuut stilte voor de slachtoffers in de Gazastrook. Zwijgend werden de armen in de lucht gestoken. De vingers vormden het vredesteken.
Er zijn veel mensen die om andere mensen geven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten