Vanmorgen werd ik zoals gewoonlijk voor de wekker wakker in een eenpersoonsbed . In een ruimte waarin verder een provisiekast , een wit dressoir en een gammele fineerkast staan . In de laatste liggen beddengoed, handdoeken en washandjes
Er hangt in deze ruimte ook een automatische externe defibrillator, een meldingspaneel voor als er brand is met bijbehorende instructies, en verder hangt er een oplaadbare zaklantaarn. Dingen waarvan je hoopt dat je ze niet nodig zult hebben als je in bed stapt.
Ik ben op mijn werk. Het linoleum op de vloer is op z'n minst gezegd groezelig, onder andere door douchewater uit de aangrenzende natte cel, dat ettelijke malen de ruimte is ingestroomd.
Er zit weliswaar een laag drempeltje als afscheiding tussen de twee ruimtes, alsmede een schuifdeur, maar die sluit niet afdoende. Je zou er een extra ruk aan moeten geven als je gebruik zou willen maken van de douche en wilt voorkomen dat het water de voorraad/slaapruimte in sijpelt.
Ik zelf douche er niet meer. Dat komt omdat de temperatuur van het douchewater op verzoek van zorgverleners door de mensen van de technische dienst naar beneden is bijgesteld . Dat heeft een reden:
Er wordt behalve door personeel vooral gebruik gemaakt van de douche door cliënten. Cliënten zijn in dit geval mensen wiens hersenen niet zijn volgroeid en wiens begripsvermogen derhalve meer dan te wensen overlaat .
Wanneer deze mensen de douche gebruiken wordt verondersteld, dat zij zich zouden kunnen verbranden onder een te warm afgestelde temperatuur. Het gaat om mensen die wanneer dit zich voordoet op zich wel onmiddellijk van onder de douche vandaan zouden kunnen springen, maar met dat soort logische argumentatie zijn er een boel vergezochte te vinden die beginnen met: Maar als...
Het water is qua temperatuur nu volkomen veilig, want onder een waterstraal die nauwelijks warmer dan lauw genoemd kan worden kun je veilig en behaaglijk staan . Al zijn er cliënten die naar een andere douche in het gebouw op zoek gaan waar de temperatuur meer aan hun behoefte voldoet.
Als waterbesparende maatregel wordt- nu ik toch over de douche bezig ben- is het nodig dat er om de minuut een knop ingedrukt dient te worden om de straal gaande te houden anders stopt de watertoevloed , nou ja,, toevloed? Het waterdrukpeil is ontoereikend om het die kwalificatie mee te geven.
De douche wil ook spontaan gaan sproeien. Sterker nog: dat hoort ie ook te doen! 3 Maal per dag. 4 minuten. Dat is bedoeld om de leidingen schoon te houden van de gevreesde salmonellabacterie Er moet daarom ook vaker van douchekop gewisseld worden, want de douchekop met filter moet zo nu en dan filteren.
Wanneer de schuifdeur een beetje open staat en er is niet aan gedacht de sproeier de goede kant op te richten kan het gebeuren dat 's nachts het water van de spontaan lopende douche de voorraadkamer in komt, waar ik lig te slapen.
Maar ik let er op. Ik draai als ik ga slapen de sproeier naar de muur
De AED heb ik nog niet in real life hoeven te gebruiken. Alleen tijdens BHV trainingen op poppen. Ik weet waar de plakkertjes moeten , en heb de instructies van de Artificial robot vaak gehoord. Er hangt een sticker naast de voordeur. Daarop staat vermeld: AED AANWEZIG. Er is nog niet iemand aan de deur geweest om te vragen of ie het ding mocht gebruiken. Bij de laatste instructie kreeg ik te horen dat we, wanneer iemand van buiten het apparaat nodig heeft de AED mee dienen te geven maar zelf niet mee gaat om te helpen. Wij moeten immers ten alle tijde voor onze cliënten aanwezig zijn. Het is dus: 'Alstublieft, veel plezier er mee'
De zaklantaarn heb ik maar 1 keer nodig gehad. Dat was toen na een stroomstoring ook de noodverlichting in de woning dreigde uit te vallen en ik me in een aardedonker huis bevond. De lantaarn had juist toen niet op de oplader gestaan en zo stond ik met het enorme ding in mijn hand dat ik slechts nog als slagwapen zou kunnen gebruiken.
Er liggen drie telefoons naast me op de stoel. 1 ervan is van mezelf. Die andere twee zijn werk gerelateerd. Ik lig in een huis met 17 mensen waar ik verantwoordelijkheid voor draag. De jongste is 18, de oudste 65.
Ik sta op en was mezelf, koud water over mijn ochtendhoofd. Ik schik mijn haar; mijn hand is een kam met vier tanden. Ik druppel mijn door blefaritis aangedane oogleden. Ik poest mijn tanden en weer valt me de metalige smaak op achter in mijn mond. Ik heb deo en ik heb aftershave. Schone sokken en een schone onderbroek, maar die kledingstukken heb ik nu niet nodig, ik ben nog schoon zat.
Ik ruim mijn beddengoed op. Berg het in 'mijn' la van de commode. Ik heb de raam wijd open gezet, zodat de ochtendslaaplucht er doorheen kan vluchten. Mijn collega die vanavond hier slaapt treft een kamer waarin mijn sporen volledig zijn uitgewist. De washandjes die ik gebruikt heb liggen in de wasmand. Twee washandjes, in plaats van een washandje en een handdoek. 1 washandje om te wassen, 1 om te drogen. Een handdoek meteen in de was gooien na 1 keer afdrogen vind ik onnodig.
Ik sluit de deuren van de ruimte om te zorgen dat niet iedereen zomaar bij de provisiekast kan, en ook de toiletdeur gaat op slot. Het toilet is alleen voor het personeel bedoeld en niet voor de bewoners. Die kunnen er soms een smerig potje van maken.
In de keuken zet ik koffie voor mezelf. Het is half zeven s morgens. Een snel ontbijt neem ik in de vorm van een bruine boterham met een beetje pure hagelslag.
Dan kan ik me aan het werk zetten. In het kantoortje zet ik de computer aan, en bekijk nog even de bijzonderheden van deze ochtend. Dan hoor ik al snel de eerste mensen . Ik herken de voetstappen, de geluiden die ze maken. Ik hoef niet te kijken om te weten wie ik hoor rondstruinen in het huis.
Dan gaat m'n dienst beginnen. Vragen, medicijnen, druppelen, smeren, ontbijt, vragen, mensen wekken, steunkousen, zalfjes, schoenveters, vragen, grapjes, praatjes, scheren, bedden nazien, controleren bij maaltijden, vragen, taxi's die bellen, afspraken die gemaakt moeten worden, dierengeluiden temperen, ruzie's bijtijds afkappen, mensen wegbrengen, en zorgen dat ieder op de hoogte is. Signaleren waar knelpunten zitten, rapporteren, nazien of alles klopt. Zijn de uitstapjes voor de komende dagen geregeld? Wie moet ik nog op de hoogte brengen? Is er genoeg geld? Moeten er nog boodschappen worden gehaald? De oven is kapot, is dat doorgegeven? Alle kranen moeten aan. De medicatie afgetekend, het brood opgeborgen in de vriezer, de pakken in de koelkast gestikkerd. De temperatuur gemeten en doorgegeven. De waterstand doorgeven aan de TD. Vervanging voor ziek personeel geregeld. Er is geen directe aflos, dus er moet een goede schriftelijke overdracht zijn.
En dan ga ik weg. Naar huis. Met de auto of te voet. Als ik de deur achter me sluit, ben ik vrij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten