zondag 11 maart 2012

Verhaaltje voor het slapen gaan

Gepiep, gepiep in haar hoofd......een onophoudelijk gepiep. Het is er een kwartier geleden ingekomen. Julia was moe en zoog op haar duim. Dat deed ze als ze ging slapen. Buiten was de wereld koud. Onder haar dekbed was het heerlijk warm, maar het gepiep begon ook. Aanhoudend gepiep dat haar stoorde, dat de behaaglijkheid van haar bed naar de achtergrond verdrong.

Gepiep van? Buiten? Ze had geen zin om er uit te gaan en het raam open te zetten om de luisteren of het volume toe zou nemen.

Zo bleef ze liggen.

Nee, het kwam niet van buiten. Het zat in haar oor. Een voortdurend irritant hoge toon.

Wrijven en drukken tegen haar oor had geen enkel effect

Ze kende de verhalen. Een ex-zwager van haar moeder had ook zo'n piep gehad in zijn oor, en die is nooit meer weggegaan. Heeft er mee moeten leren leven. Hoe leer je te leven met zoiets?

Tergend irritant. De slaap bleef erdoor weg, hoewel ze moe was.

Julia lag met haar ogen dicht, en dacht aan haar ademhaling. Ze had bedacht zich DAAROP te gaan concentreren. Buikademhaling in; vasthouden; langzaam door de mond uitademen. De piep vergeten, daar ging het om. Voordat die zich in haar voorhoofd zou gaan nestelen en zich zou gaan koppelen aan pijn.

Inademen…. naar boven die buik… maak bol…. voel hoe de lucht je lichaam vult… houdt het vast….godverdomme! Het lukte niet. Temeer omdat de frequentie van het gepiep begon te variĆ«ren, het leidde haar af - het zoog naar beneden, dan weer even naar boven, het leek even te suizen, en dan opeens te brommen, en te kraken…dan weer te piepen. Het leek haar hoofd te vullen. Vloeibaar geluid als stroop. Haar oor, haar evenwichtsorgaan, binnen, haar hersenen. Dan opeens duizelde het naar een laag monotoon gebrom. Als ze zich nog op haar ademhaling had geconcentreerd had ze gemerkt dat ze haar adem inhield. Ze schrok over wat haar overkwam. Was ze psychotisch aan het worden? Ging ze zo stemmen horen? Julia moest denken aan de lage gebeden die ze ooit uit de monden van Tibetaanse monniken had horen klinken.

Je kon wel eens liedjes in je hoofd hebben, maar de klanken die ze nu hoorde beheersten haar, vulden haar, haar hoofd werd een subwoofer, een duwende gigantische versterker. Ze leek aangesloten. Gebruikt. Een instrument in vreemde handen, waartegen het zinloos was om je ertegen te verzetten, Ze hoefde alleen haar mond nog maar te openen om het geluid naar buiten te laten komen.

Maar ze hoefde haar mond niet te openen. Haar mond WERD geopend.

Niet dat het pijn deed. Het was een willoosheid. Haar eigen wil leek niet langer te bestaan, speelde geen rol toen zij haar mond opende: "AAAAARKIAAAAAANNNNEEEEEEEE!!!"

Arkianee? Wat betekent dat? Waren de laatste angstige gedachten die ze van zichzelf had, waarna Julia overgenomen werd door de Anderen.

Geen opmerkingen: