vrijdag 3 februari 2012

verloren tas

Een kwart van mijn leven ben ik bezig met het WACHTEN op iets of iemand.
Daar heb ik mee leren omgaan. Voorheen liep ik mezelf te verbijten, tegenwoordig neem ik er meer mijn gemak van. Het heeft immers geen zin je op te winden, heb ik geleerd. Door je op te gaan fokken pest je jezelf en ook je omgeving. Want die is vaak niet helemaal op zijn gemak, en voelt zich opgejaagd door de ongeduldige uitstraling van een stampvoetend ventje.
Een ander kwart ben ik bezig met het ZOEKEN naar dingen. Ik ben vaak iets kwijt. Mijn sleutels, mijn agenda, de tv- gids, de afstandsbediening van de TV, mijn mobieltje enz. Uiteindelijk vind ik alles wel. Er gaat wat tijd, gegotver en zenuwachtig gedoe aan vooraf maar goed.
En als ik het niet kan vinden dan WORDT het wel gevonden.
Een telefoontje dat mijn portemonnaie met inhoud ( honderden euro's! en enkele pasjes) gevonden is, mijn FIETS nadat die in Den Haag was gestolen , er wordt aangebeld door een man die zegt dat mijn sleutelbos aan de buitenkant van de voordeur hangen, enzovoorts enzovoorts.Ik maak het voortdurend mee.
En nu was ik mijn werktas kwijt. Die was uit mijn fietstas gehaald, of er misschien uit gevallen. Vervelend, vooral omdat mijn paspoort er in zat.
Ik belde de politie. En op datzelfde moment stond er in het bureau van de plaats waar ik woon iemand aan de balie die mijn tas kwam aangeven als gevonden voorwerp. HA!
Dus ik naar het bureau,
Parkeren bij het politiebureau, en dan geen geld in de parkeerautomaat doen, een uitdaging.
Binnen zag ik hem meteen staan, mijn tas, ooit meegekregen van de Bredaase Bieb. De tekening er op, en de sleutelhanger die ik van mijn dochter heb gekregen er aan. Een sleutelhanger met een kleine gymschoen er aan. Een soort Allstar, maar dan merkloos. Omdat ik die zo vaak aan heb de laatste jaren.
Op het formulier 'Aangifte gevonden voorwerpen'stond de naam en het adres van de vinder.
Een Marrokaan van geboorte, meneer Elkandouni.
Ik er naar toe. Ik had als vindersloon een klein geldbedrag in een mooie enveloppe gedaan.
Hij woonde in een flat. Beneden bij een ris naamplaatjes zocht ik naar het nummer, en belde aan. De naam achter het nummer correspondeerde niet met de naam op het formulier. Maar ja..misschien was het naamplaatje verouderd.Van een vorige bewoner.je weet het niet.
Door de spreekverbinding klonk 'Hallo?!'
En ik zei 'goedenavond, ik heb iets voor U'
De deur zwaaide open, ik liep naar de lift, de zevende verdieping, daar moest ik zijn.
Op de gallerij werd de deur van het woonhuis al geopend voor ik aan kon bellen. een vriendelijk gezicht, kaal hoofd, baardje.
Ik liet hem het formulier zien van de politie met de naam er op. 'Bent U dat?'
Hij was het. Hij begon over mijn tas.
Ik zei dat ik hem kwam bedanken.
Hij vroeg of ik binnen wilde komen om wat te drinken? hij was zeer verrast dat hij bedankt werd.'Dat is toch mijn plicht? U zou dat toch ook voor mij doen?! Heeft U kinderen? Wacht..'
Hij snelde naar de keuken, ik hoorde de koelkast open en dicht gaan en even later stond hij voor me met een pak ananassap: 'Voor de kinderen'
Ik pakte het aan, en zei : 'OK dan, gelijk oversteken. Ik pakte het pak sap en gaf hem het gekleurde envelopje.
We gaven elkaar een hand. Hij vond het fantastisch dat ik was langsgekomen om te danken.

De liftdeur schoof al dicht toen ik hem rennend naar me toe zag komen. Ik deed mijn voet tussen de schuifdeur van de lift die zich daarmee weer opende. Hij had geldbriefjes in zijn hand die ik in de envelloppe had gedaan.'Niet doen, niet nodig, U zou dit ook voor mij doen. Het is mijn plicht...' Ik zei hem nog dat het me anders veel geld zou hebben gekost om bijv een nieuw paspoort te krijgen, maar nee, hij wilde geen geld. Hij dacht dat ik alleen een mooi plaatje had gegeven. Nou zat er geld in, dat wilde hij niet.
OK, ik wilde hem niet beledigen.

En even later zoefde de lift naar beneden. In mijn handen geld en een pak ananassap.
Later, elke keer als ik een glas ananassap dronk, bedacht ik hoe goed ik toch wel was geweest om iemand te gaan bedanken..

Geen opmerkingen: